zondag 23 december 2007

Passie

Passie is een vreemd woord. Het heeft twee nogal verschillende betekenissen, niet alleen in het Nederlands trouwens. In de eerste plaats denk je natuurlijk aan passie als synoniem voor hartstocht. Maar het woord passie verwijst ook naar een lijdensweg, in het bijzonder naar het lijdensverhaal van Jezus. Denk maar aan The Passion Of The Christ, de film over Jezus' laatste uren van Mel Gibson.

Daaraan dacht ik, toen ik ging kijken naar La Passion De Jeanne D'Arc, een stille filmklassieker van Carl Theodor Dreyer uit 1928. De film werd vertoond in het Brusselse Filmmuseum, live begeleid op piano. Ondanks de tijdelijke verhuis van het Filmmuseum, wegens verbouwingen, houdt men daar trouwens een frequentie aan van 2 vertoningen per dag. Wellicht zul je me daar nog wel ooit tegenkomen. Maar dit terzijde.

Carl Theodor Dreyer is een regisseur van voor mijn tijd, laat dit duidelijk zijn. Maar de Deense regisseur Lars von Trier, landgenoot van Dreyer, vermeldt hem wel eens als zijn grote voorbeeld. En omdat het werk van von Trier mij boeit, wilde ik zeker ook eens kennismaken met zijn grote voorbeeld. Bovendien wil ik mij in het algemeen niet beperken tot het bekijken van recente films. Mij zul je zeker nooit horen beweren dat vroeger alles beter was, maar kennismaken met het verleden doet het heden beter begrijpen. Dit geldt voor alles, ook voor film.

La Passion De Jeanne D'Arc wordt algemeen beschouwd als een meesterwerk in de filmkunst. Naar mijn bescheiden mening is dit zeer terecht. Na bijna 80 jaar heeft de film absoluut nog niet ingeboet aan emotionele kracht. Dit is zeker te danken aan het vakmanschap en de artistieke visie van Dreyer. Maar de hoofdrolspeelster draagt hier zeker in even grote mate toe bij. Renée (Maria) Falconetti, die de rol van Jeanne D'Arc vertolkt, heeft in haar leven slechts één rol gespeeld in een langspeelfilm. Maar deze bracht haar wel meteen in de annalen van de filmgeschiedenis. De getormenteerdheid waarmee zij haar personage gestalte geeft, is ongeëvenaard.

Dreyer heeft gekozen voor een bijna documentaire aanpak. Gebaseerd op de authentieke geschriften van het proces, dat uiteindelijk leidde tot de terechtstelling van Jeanne D'Arc en haar dood op de brandstapel, wil de film een beeld schetsen van deze gebeurtenis. In tegenstelling tot de meeste andere verfilmingen van het leven van Jeanne D'Arc, wordt er hier geen aandacht besteedt aan haar levensloop, we krijgen geen engelen te zien die boodschappen brengen of we zien geen geharnaste protagoniste in een heldhaftige strijd. In de plaats krijgen we een sobere weergave van het proces.

Jeanne D'Arc is in deze adaptatie een fragiele, breekbare vrouw, aan het einde van haar krachten. Ze gelooft rotsvast in de taak die zij van God gekregen heeft. En ze is ervan overtuigd dat haar rechters gezonden zijn door de duivel zelf, met als enige bedoeling haar te doen verzaken aan haar geloof. Deze rechters op hun beurt zijn er evenzeer van overtuigd dat zij een zware taak uitvoeren, hun door God opgedragen: deze vrouw werd volgens hen verleid door Satan, en ze kan pas gered worden als zij dit toegeeft. Hierin schuilt de tragiek van de film: zowel de standvastigheid van Jeanne D'Arc – sommigen zullen het koppigheid noemen – als de listigheid waarmee haar rechters haar trachten te overhalen, zijn ingegeven door een zelfde, diep geloof.

De meedogenloosheid waarmee de rechters deze hulpeloze, jonge vrouw trachten te vermurwen, snijdt bij momenten door merg en been. Allerhande chantagemiddelen worden gebruikt om haar te overhalen. En als ze even het bewustzijn verliest, krijgt een arts de opdracht ervoor te zorgen dat ze in geen geval een natuurlijke dood zal sterven.

De unieke beeldtaal maakt dat de film een zeer sterke indruk nalaat. Dreyer maakt vooral gebruik van close-ups, waardoor de kijker zeer nauw betrokken wordt bij de personages. Wanneer de camera keer op keer inzoomt op het wanhopige gezicht van de beschuldigde, die af en toe een traan laat of vertwijfeld opkijkt, laat dit je als kijker niet onbewogen. Ook de rechters krijgen door de veelvuldige close-ups elk een duidelijk profiel: dit is niet zomaar een bende slechteriken, maar mensen van vlees en bloed die door het leven getekend werden (ook fysiek trouwens: ik moest denken aan de monniken uit The Name Of The Rose, die ook niet bepaald fysiek aantrekkelijk genoemd kunnen worden).

Voor wie een idee wilt krijgen van de film, zijn er op YouTube verschillende fragmenten uit de film te bekijken, en zelfs de ganse film. De film zelf zou ik zeker niet op deze manier bekijken. Los van het feit dat een computerscherm niet ideaal is voor het bekijken van een film, is de kwaliteit niet echt geweldig. Wel kan ik aanraden om een representatief fragment te bekijken.

La Passion De Jeanne D'Arc is geen lichte kost. Dit soort van films vraagt een inspanning van de kijker. Hetgeen je ervoor terugkrijgt is echter navenant, en het werkt nog dagen na. Ik ben echter niet iemand die dweept met dit soort van cinefiele meesterwerken en de rest links laat liggen. Ik heb bijvoorbeeld ook een voorliefde voor het horror- en fantasygenre, iets wat vele ernstige cinefielen minderwaardig achten. Ach, een gastronomische maaltijd is misschien lekker, maar een pak frieten kan even goed smaken. Trouwens, er zijn heel goeie films roemloos verborgen gebleven in de plooien van de tijd, en behoorlijk banale of zelfs slechte films, in mijn ogen althans, werden al uitgeroepen tot meesterwerken. Uiteindelijk beslist toch elke kijker voor zich dat een film de moeite waard is, om welke reden dan ook. Laat je dus niks wijsmaken, maar beslis vooral zelf wat je wilt bekijken. Al kan het natuurlijk nooit kwaad om eens af te wijken van je dagelijkse kostje.

Geen opmerkingen: